Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

Gepubliceerd op 30-06-2020

Jozef

betekenis & definitie

(‘jo:zef) (H.) voedstervader van Jezus, uit het huis David, echtgenoot van Maria, timmerman te Nazareth, zorgde 30 jaar lang voor Jezus’ onderhoud; patroon der Katolieke Kerk, patroon der timmerlieden; feest : 19 maart. Als mansnaam ook : Joseph, Jos, José, Jef, Zjef, Joop, Jopie. Gez, als de rechte (maar) komt, dan moet Maria volgen, komt de echtgenoot, die voor haar bestemd is, dan zal het meisje het jawoord geven; de rechte, ware -, de echtgenoot die het wezen moet voor een bepaald meisje.

< >