Jozef
1. lievelingszoon van de aartsvader Jakob ; door zijn broers wordt hij verkocht aan Midianitische kooplieden, die hem naar Egypte voeren. Daar komt hij in dienst van Potifar, een van de oversten van Pharao. Ka dat hij, onder de (valse) beschuldiging van Potifars vrouw te na gekomen te zijn, in de gevangenis is gezet, wordt hij daaruit bevrij...