Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 30-01-2024

LOENEN-KROONENBURGS-GEREGT

betekenis & definitie

tot de Provincie Holland behoorende, legt genoegzaam rondom in de Provincie Utrecht ingeslooten. Deszelfs uitgestrektheid wordt op vijfhonderdzevenendertig Morgens begroot.

Een klein gedeelte daar van legt in het Dorp Loenen, op de hoogte van den Brug, die over de Vecht legt. Zeventig Roeden op zijn meest is hier de Hollandsche Bodem breed. Op een gedeelte daar van staat de Kerk: waarom wij ’er, hier ter plaatze, gewag van zullen manken. Het is een aanzienlijk, groot en luchtig gebouw, met een Koor van Duifsteen opgemetzeld. Van zulke Steen is ook gedeeltelijk de Toren, die, in hoogte, althans ten platten Lande, weinigen zijns gelijken heeft. Een blixemstraal stigtte, in den Jaare 1714, in den Toren een zwaaren brand, die alle het houtwerk verteerde. Doch vermits het Metzelwerk nog hegt was, besloot men den verderen Opstal te herbouwen. Veele vermogenden, die in de nabuurschap hunne Lustplaatzen hadden, openden daar toe de milde hand. De Toren, merkelijk verzakt, wierdt tevens recht gezet. De Predikant der Plaatze behoort onder de Klassis van Amsterdam. Van het Slot Kroonenburg, in de nabuurschap gelegen, is op zijne plaats gesprooken.

< >