geboren in 's Hage, Doctor in de Godgeleerdheid, en Pastoor te Leiden, en na afstand daarvan gedaan te hebben, te Zwolle. Dien dienst ook verlaatende, werd hij te Debberen, in Westphaalen, Monnik, en, op het laatst zijns levens, Prior der Karthuisers te Kalker.
Zie Oudheden van Rhijnland, p. 265.