in een oud handschrift van de Utrechtsche kerke Darthisen genaamd, was, volgens het zelfde handschrift, voorheen een Kapel, staande onder de kerk van Doorn, en in die Kapel was een Kappellanij of altoosduurende Vikarij, waarvan de begeeving, in het jaar 1585, stond aan den Heere JUDOCUS VAN AMSTEL VAN MIJNDEN. Naderhand is Darthuizen bekend geworden als een Ridderhofstad, behoorende onder het gerecht van Doorn; het was daarvoor, reeds in het jaar 1340, bekend.
Tegenwoordig is het eene Heerlijkheid, gelegen ten westen van ’t Dorp Leersum, groot twee honderd vijftig morgen. Men vindt daar bij een Gehucht of Dorp, voorzien met drie-en-dertig huizen, doch geene kerk; die van Darthuizen gaan ter kerke in het gemelde Dorp Leersum.Zie Oudheden van Utrecht, II Deel. Staat van Utrecht, II Deel.