Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 15-03-2024

COOG, of Koog

betekenis & definitie

een Dorp op het Eiland Texel, in het noordwesten tegen de Duinen aan, omtrent een uur gaans ten noorden van het Dorp den Hoorn. Sommigen willen dat dit oudtijds het hoofddorp van het Eiland was. De visscherij plagt aldaar veel aanzienlijker te zijn, schoon ’er tegenwoordig nog eenige Visschers woonen.

Deze vermindering is veroorzaakt, door het verloopen van Het Diep, voor en omtrent de Hoorn, alwaar, in de Zestiende Eeuwe, wel twee honderd schepen konden liggen. Ook heeft dit Dorp, door het verstuiven der Duinen, veel van deszelfs aanzien verlooren, en wordt nog dagelijks minder. In het jaar 1749 telde men ’er nog zes-en-negentig huizen, en tegenwoordig zijn ’er naauwlijks tagtig. De Visschers getuigen, dat hunne voorouders, een mijl of anderhalf in zee benoorden dit Dorp, veele wortels van boomen vonden, die zij Heften noemden, om dat hunne netten ’er aan vast raakten; waaruit men zou kunnen opmaaken, dat aldaar, in vroegere eeuwen, land geweest was.

< >