Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 31-10-2023

CATTENBROEK

betekenis & definitie

eene Heerlijkheid, behoorende onder het Overkwartier van ‘t Sticht, liggende onder Montfoort, en grenzende, ten noordoosten, aan Breeveld, en ten zuidwesten aan Linschoten. Het ligt rondom in eene Kade, beslaande vier honderd zeven-en-tagtig morgen. In dezelve is mede een Buurt van dezen naam.

In het jaar zeventien honderd zes-en-vijftig, werd met deze Heerlijkheid, als ook met de Uiterdijken en Mastwijk, verlijd, de Heer JAN CORNELIS D’ALHAING, Heer van Giezenburg.

< >