Aartshertogin van Oostenrijk, Dochter van Keizer MAXIMILIAAN, verloofde Bruid van KAREL, Erfprins van Spanje, en daarna, in ’t jaar 1570, de vierde Echtgenoote van PHILIPS DEN TWEEDEN, Koning van Spanje, haaren Oom. De Paus gaf dispensatie tot dit Bloedschandig Huwelijk, waar van aan den President van ’t Hof van Holland (dat toenmaals zijne Vergaderingen niet op het Hof, zo als tegenwoordig, maar in een Zaal van ’t Klooster der Predikheeren in ’t Voorhout hield) op den 28sten Julij kennis gegeeven werd; met bijgevoegd bericht, dat ’s Konings ondertrouwde Gemalin door Nederland, en van daar te Water haare reize naar Spanje meende te doen.
Om den Hertog VAN ALBA te wille te zijn, werd beslooten dat door de gezamentlijke Landschappen, een geschenk van sijne Lijwaaten, Vorstelijk Huisraad en Nederlandsche Tapijten, versierd met de Wapenen der bijzondere Provintien, ter waarde van 100,000 Kroonen, op den 19den van Augustus, wanneer haare Majesteit meende te Nijmeegen te zijn, zou worden aangeboden, en dat Holland in de gemelde somme 28000 Guldens zoude dragen. Met groot genoegen werd het eerste Lid van dat voorste aangehoord, en de Staaten Boden gelast te vertrekken naar Nijmeegen, om aldaar tot het verblif van de twaalf Afgevaardigden het noodige te verzorgen. Doch die van Holland aldaar bij den Hertog gehoor hebbende, klaagden over hun aandeel in de toegestaane somme van 100,000 Kroonen, als te hoog zijnde in de gemaakte verdeeling. ALBA, die, naar de wijze der Tirannen, geen tegenspraak duldde, was misnoegd over die naauwgezetheid, (zo als hij het noemde) zeggende dat dit geen gewoone Bede, maar slegts een vrijwillige gift was, om daar mede hunne Liefde voor de Gemalin van hunnen Landsheer te betoonen.
De geschenken, der Vorstinne aangebooden, werden zo gunstig ontvangen, dat de stuursche PHILIPS zig naderhand verpligt vond, de Staaten van Holland in ’t bi|zonder ’er voor te bedanken. Van Nijmeegen begaf de Vorstin zig naar Antwerpen, alwaar zij, verzeld van haare twee Broeders, ALBERTUS en WENCELAUS, plegtig werd ingehaald. Men zag, kort daarna, twee Penningen, waarop gemelde Broeders, nevens MATTHIAS en MAXIMILIAAN vertoond werden.
In de maand September nam ANNA VAN OOSTENRIJK de reize aan naar Spanje, gaande van Bergen op den Zoom naar Vlissingen, en van daar met een Vloot van 90 Zeilen, waaronder 26 Oorlogschepen, onder bevel van de Graave VAN BOSSU; om welke eer ALBA sterk had aangehouden, om alzo op eene welvoeglijke wijze de Nederlanden te verlaten. Dan dit gelukte hem zo min als de Nederlanders, die geen de minste vrugt zagen van de bede, die zij aan de Vorstin gedaan hadden, om bij haaren aanstaanden Gemaal eenige verzagting te bewerken. Na een gelukkigen overtogt, werd het Huwelijk, den 12den November, te Segovia voltrokken; waarop mede verscheiden Penningen geslagen zijn. Volgens STRADA overleed deeze ANNA VAN OOSTENRIJK in het jaar 1573.
Zie Ref. van Holland, 28 Julij 1570, 9, 10 en 13 Augustus en 2 Maart 1571; HOOFD, Nederl. Historie, fol. 216.
