Vaderlandsch woordenboek

Jacobus Kok (1780)

Gepubliceerd op 30-01-2024

ALKEMADE (STAMHUIS)

betekenis & definitie

Het rechte en aloude Stamhuis der Ridderen van dien naam, zo vermaard in ’s Lands Geschiedenissen, legt in ’t Oosteinde van het Dorp Warmont, in Rhijnland, niet verre van dat van Abspoel. Ter onderscheidinge van het ander Alkemade of Oud Poelgeest, word dit doorgaans Oud-Alkemade genaamd. De tijd van deszelfs stichting is onzeker.

Doch uit de Eerste nevensgaande Tafel blijkt, dat HENDRIK ’t zelve reeds van zijnen Broeder FLORUS verkreeg in het Jaar 1320. Dit oude Gebouw, waar van dit Geslacht zijnennaam ontleent, reeds voor lang vergaan zijnde, is ’er een ander op deszelfs plaats gesticht, liggende rondom in ’t Water, met een fraaien Valbrug, een ruim Voorhof, en twee zeskante Toorentjes op de hoeken; de Huizing beslaat uit twee ouderwetsche Gevels, zijnde, in laatere Jaaren, daarop een aartig achtkantig Koepeltje gedeld. Lang is dit Huis bezeten door de Afstammelingen van dit Geslacht; in 1725, behoorde het nog aan Heere FLORIS VAN ALKEMADE, Floris Zoon, Heere van Manegem en Oud-Alkemade.Zie VAN LEEUWEN , Batavia lIl. G.Goris, Delices de la Campagne, bij wien men de afbeelding vindt, zo als’t beschreven is in de Inleiding tot de Keuren van Rijnland, bl. 35. in 4to, door J. LAWSVELT in ’t Koper gebracht;

< >