In het verre verleden aten zelfs koningen en koninginnen met hun . . . handen. Messen waren er in die tijd al, maar het duurde nog eeuwen voor de lepel en later de vork werden uitgevonden.
Lepel, mes en vork tesamen noemen we het ‘couvert’.De eerste lepels werden gemaakt uit kostbare metalen; uit goud, uit zilver en heel vaak ook uit brons. Dat was ook het geval met de eerste vorken, die slechts twee tanden hadden en omstreeks 1100 werden uitgevonden door de echtgenote van een Italiaanse edelman.
Vooral de vork verspreidde zich snel over de beschaafde wereld - al wekte Hendrik III in 1583 nog ontzetting door zijn vlees met mes en vork te eten. Eten met de vingers werd in die tijd namelijk nog als veel hygiënischer beschouwd! Pas onder Lodewijk XIV kreeg de vork drie of vier tanden en begon hij te lijken op de vorken, die wij dagelijks gebruiken. Ondanks het ‘wereldsucces’ van het couvert zijn er nog steeds landen, waar op andere wijze gegeten wordt. Chinezen en Japanners bijv. gebruiken nog altijd hun eetstokjes. De vork behoort links van het bord te liggen; het mes rechts (met de snijkant naar het bord toe) en de lepel daarnaast.