Gouden horizon encyclopedie

Dr. B.M. Parker (1959)

Gepubliceerd op 07-10-2024

AFRIKA

betekenis & definitie

Van de zeven werelddelen is alleen Azië groter dan ‘het donkere werelddeel’ Afrika, dat alleen maar door de straat van Gibraltar gescheiden is van Europa. Maar hoe groot Afrika ook is, dichtbevolkt is het niet.

Voor een groot deel komt dat, omdat de natuur er niet altijd even vriendelijk is voor de mens. Afrika wordt ongeveer in het midden doorsneden door de evenaar en dat heeft tot gevolg, dat de temperaturen er altijd erg hoog zijn. Het is broeiend heet in de vochtige wouden dicht bij de evenaar - maar heet is het ook in de geweldige zandwoestijnen van het noorden, waar zelden een druppel regen valt. Midden-Afrika is door zijn onvriendelijk klimaat en zijn ontoegankelijkheid heel lang een vrijwel onbekend gebied gebleven. De kustgebieden waren moeilijk te betreden omdat ze vaak bestaan uit vochtige, ongezonde moerassen. De rivieren zijn nauwelijks bevaarbaar, omdat ze van grote hoogten in watervallen naar beneden komen storten.

De ontdekkingsreiziger, die in het binnenland wilde doordringen moest zich een weg hakken door de jungle; moest levensgevaarlijke stroomversnellingen overwinnen; moest een barre tocht maken door uitgedroogde woestijnstreken en moest zich blootstellen aan de dodelijke ziekten van een vochtig, tropisch land. Alleen slavenhandelaars en ivoorjagers waagden zich aanvankelijk in dit barre gebied. Ze werden verlokt door de hoge winsten - maar heel vaak moesten ze die winst betalen met hun eigen leven. Pas in 1870 slaagden enkele stoutmoedige ontdekkingsreizigers erin door te dringen tot in het hart van Afrika. Stanley en Livingstone zijn daardoor wereldberoemde namen geworden. En eerst toen hoorde de rest van de wereld, dat er in het ‘donkere werelddeel’ nog méér te vinden was dan slaven, ivoor, vijandige negerstammen en slopende ziekten.

Voor het eerst kreeg de beschaafde wereld een idee van de geweldige natuurlijke rijkdommen van dit geheimzinnige gebied. Die ontdekking had tot gevolg, dat verscheidene grote Europese landen hun uiterste best deden om een stukje van het rijke Afrika in hun bezit te krijgen. Kolonisten vertrokken in allerijl naar de Afrikaanse tropen en met hun betere wapens slaagden ze er zonder veel moeite in de negers aan hun wetten te onderwerpen. Afrika werd opgedeeld in koloniën; vooral Engeland, Frankrijk, Duitsland, Portugal en België kregen een flink stuk van Afrika onder hun gezag. De tijd van de koloniën is in deze tijd echter voorgoed voorbij. De meeste Engelse, Franse en Belgische gebieden in Afrika zijn zelfstandig geworden.

Op die manier zijn er de laatste jaren tal van nieuwe naties bijgekomen. En hoewel ze nog niet allemaal even welvarend en even rustig zijn, ziet het er naar uit, dat ze in de toekomst allemaal hun eigen, besliste koers zullen gaan varen. Langzamerhand zullen de ‘zwarte landen’ een belangrijk woordje mee gaan spreken in de grote wereldpolitiek. Behalve aan nieuwe landen is Afrika ook bijzonder rijk aan dieren. Wie een wandeling door de dierentuin maakt, zal dat zelf ontdekken: een groot gedeelte van de dierenverzameling komt uit het ‘donkere werelddeel’. Leeuwen, olifanten, gorilla’s, giraffen, zebra’s, apen, krokodillen, nijlpaarden, slangen, neushoorns - ze stammen allemaal uit de verschillende delen van Afrika.

Een eeuw geleden kwamen veel van die dieren nog in grote hoeveelheden voor. Jagers op groot wild hebben verscheidene soorten' echter bijna uitgeroeid en tegenwoordig gaan er steeds meer stemmen op om de belangrijkste grote diersoorten in Afrika te beschermen tegen de genadeloze jacht, die hun voortbestaan bedreigt. Afrika is ook erg rijk aan grondstoffen. Slaven en ivoor worden niet langer uitgevoerd en ook goud is in het grootste gedeelte van Afrika schaars geworden. Maar belangrijke produkten als diamant, koper, tin, uranium, magnesium, chroom, kobalt, katoen, wol, tabak, sisal en palmolie worden nog steeds in grote hoeveelheden gevonden of verbouwd. Andere Afrikaanse produkten, waar de gehele wereld nut van heeft, zijn olijven, dadels, koffie, cacao, suikerriet, aardnoten en rubber.

Daarnaast heeft Afrika voldoende ijzerertsvoorraden om de eigen behoefte nog vele tientallen jaren lang te dekken. En in de geweldige kracht van de grote watervallen ligt voldoende elektriciteit gevangen om duizenden grote industrieën van de benodigde stroom te voorzien. Ook op industrieel gebied kan Afrika dus een grote toekomst tegemoet gaan. Dat Afrika pas heel laat door de blanken ontdekt en ontgonnen is, betekent niet dat er nooit veel menselijke cultuur is geweest. Toen de volkeren van Europa nog in holen leefden en het grootste gedeelte van Nederland nog een deel was van de zee, hadden de bewoners van het tegenwoordige Egypte al een rijke en hoogstaande beschaving. Ze bouwden prachtige monumenten zoals de piramiden en de sfynx; ze hadden al een geschreven taal en ze vonden een vernuftig systeem uit om hun droge landerijen te bevloeien met het vruchtbare water uit de Nijl.

De beschaving van de Egyptenaren drong echter niet door tot de rest van Afrika. Vóór de bewoners van de Nijlvlakte op het idee kwamen de rest van hun werelddeel te gaan verkennen, ging hun beschaving alweer ten onder. Midden-Afrika moest wachten tot de 19e eeuw voor het contact kreeg met de rest van de moderne wereld. En zelfs in onze tijd leven er in de diepste binnenlanden van het grote werelddeel nog stammen die geen geschreven taal hebben en die nog steeds leven zoals hun schuwe, zwarte voorouders dat tienduizenden jaren lang gedaan hebben. Reizen in Afrika is nog steeds erg moeilijk. Behalve in de landen rondom de Middellandse Zee en in de Unie van Zuid-Afrika zijn er maar weinig wegen of spoorwegen.

Dat is een ernstige moeilijkheid voor hen, die diep in het binnenland gebruik willen maken van de rijke mijnen of fabrieken willen bouwen in de buurt van de grote watervallen. Behalve de politieke onrust is dit gebrek aan verbindingsmiddelen een van de belangrijkste remmen op de economische ontwikkeling van Afrika. Vliegtuigen zijn tegenwoordig wel een belangrijk hulpmiddel bij het vervoer in het binnenland; ze kunnen plaatsen bereiken, waar een mens anders nooit zou kunnen komen. Maar vliegtuigen alleen zijn voor een belangrijke industrie niet voldoende; land- en waterwegen zijn even belangrijk.

< >