(Jorisz), Ned. wederdoper. *1501 Brugge. ✝ 25.8.1556 Bazel. Stichter van de sekte der zgn.
David Joristen; leidde een zwervend bestaan; vestigde zich 1544 te Bazel, waar hij als Jan van Brugge in weelde heeft geleefd van de gelden, die door zijn volgelingen in Holland waren opgebracht. In zijn Twonderboeck (1542) doet hij zich kennen als een gnosticus, die de komst van het Koninkrijk Gods met geweld wilde verwerkelijken. De gematigde mennonieten wilden niets van hem weten; toch heeft hij in brede kring een langdurige invloed gehad.Litt. R.H.Bainton, D.Joris (1937); G.Williams, The radical reformation (1962).