baron, Ned. officier, *18.3.1765 Tiel, ✝ 2.5.1849 Breda. Sloot zich aan bij de patriotten en week uit naar Frankrijk (1786), waar hij opklom tot luitenant-kolonel in het → Bataafse legioen.
Streed 1799 tegen de Engels-Russische invasie in Noord-Holland, 1806 tegen de Pruisen en werd wegens in Spanje betoonde dapperheid tot baron verheven (1809). Daarna divisiegeneraal, ging hij 1814 in Ned. dienst over en onderscheidde zich in 1815 bij → Waterloo. In 1819 vestingcommandant van Antwerpen geworden, verdedigde hij de citadel tegen het Franse interventieleger (1832) en werd na capitulatie krijgsgevangene. Chassé, die zich bij deze operatie meer door dapperheid (bijnaam ‘generaal bajonet’) dan bekwaamheid onderscheidde, keerde in 1833 terug.Litt. W.J.del Campo, Het leven en de krijgsbedrijven van D.H.Chassé (1849); Y.P.W.van der Werff, De militaire loopbaan van Chassé (Ons Leger, 1958).