Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Sara

betekenis & definitie

1) dochter van Thera, halve zuster van Abraham, die haar tot vrouw nam, en haar medenam naar Egypte, waar zij hem ontnomen werd door pharao Apophis, die op hare schoonheid verliefd werd en haar bij zich hield, waarvoor hij aan Abraham veel rijkdom schonk in vee als anderszins; doch toen S. na verloop van eenigen tijd onvruchtbaar bleef, gaf de pharao haar aan Abraham terug (Gen. 12), die nn met haar Egypte verliet, al zijnen rijkdom medevoerende. Eenige jaren later, nog steeds kinderloos zijnde, gaf S. hare dienstmaagd H^gar aan Abraham lot bijslaap (zie IsMAëL).

De roep van S.'s schoonheid was intusschen zoo groot, dat die, toen Abraham zich in hel land van Gerar kwam nederzetten, weldra de lusten prikkelde van Abimelech, den koning van Gerar, die haar liet weghalen om haar te beslapen (Gen. 20), waaraan hij echter geen gevolg gaf toen hij ontdekte, dat zij de vrouw van Abraham was, aan wien hij haar nu teruggaf zonder haar aangeraakt te hebben. Toen Abraham 100 jaren en S. 90 jaren oud was baarde zij eindelijk eenen zoon (zie ISASC), verkreeg daarna van Abraham, dat hij Hagar en haren zoon Ismaêl wegjoeg, en was 127 jaren oud toen zij te Hebron stierf.2) in het Boek van Tolbas heet des jongen Tobias vrouw insgelijks S., dochter van Raguël te Rages in Medië.

< >