1) is vooral in het Spaansch eene wisselletter, zoodat men spaansche namen, die met B. worden geschreven, even goed kan schrijven met V, bijv. Baldez of Valdez, Alba of Alva, enz.
2) Op munten, die niet tot de oudheid belmoren, beduidt B de 2e muntstad des rijks, bijv. op die van het eerste koningrijk der Nederlanden (1815—1850) beduidt B. Brussel; op pruisische munten B. Breslau; op fransche B. Rouaan, en Bb. Straatsburg; op oostenrijksche B. Cremnitz; enz.
De voornaamste op munten en penningen, in opschriften, enz., voorkomende en dus hier te vermelden verkortingen, met B. als aanvangsletter, zijn :
B. A. (of B. A. V.) voor bonis auspiciis of bonis avibus, d. i. onder gunstige voorteekenen.
B. C. D. voor bom cum Deo, d. i. met Gods hulp.
B. DD. voor bonis deabus, d. i. aan de goede godinnen.
B. D. D. voor bonis diis de'abnsque, d. i. aan de goede góden en godinnen.
B. D. S. M. voor bene de se merento,d. i. zich verdienstelijk makende.
B. M. voor bonce (ook bealce) mcmoriie, d. i. heugelijker (ook zaliger) gedachtenis.
B. M. F. C. \oorbenemerentifaciendumcuravit,d.i. heeft voor den verdienstelijken (persoon) laten maken.
B. M. P. C. voov benemerentipomcaravit,d. i.heeH voor den verdienstelijken (persoon) laten oprigten.
B. P. D. voor bono publico dedit, d. i. heeft ten algemeenen nutte gegeven.
B. Q. voor benequiescal, d. i. hij ruste zacht!
