Mal

betekenis & definitie

(Fr.) ziekelijke toestand. Mal des Allemands, ziekte der Duitschers, syphilis; AI. de: Asturies, soort van pellagra, voorkomend in Noord-Spanje; Al. de buas, syphilis; Al. caduc, vallende ziekte; Al. des Chrêtiens, ziekte der Christenen, syphilis; Al. de crimée, olifantsziekte; Al. divin. vallende ziekte; Al. espagnol, Spaansche ziekte, syphilis; M. lunaire, maanziekte, vallende ziekte; Al. de misère, pellagra; Al. de mort (malum mortuum), een soort melaatschheid; Al. de Naples (Morbus Neapolitanus, Napelsche ziekte), syphilis; Al. noir. miltvuur; Al. de Paris, diarrhee, waardoor vreemdelingen, die Parijs bezochten, dikwijls werden aangetast; M. perforant, naam voor zweren, die steeds verder in de diepte doordringen; Al. perforant du pied, doorborende voetzweer, komt meest voor bij zenuwziekten, vooral ruggemergsaandoeningen; Al. de Piedra, syphilis; Al. des Polonais, syphilis; Al. de rosé, zie M. des Asturies; Al. rosso, pellagra; Al. rouge de Cayenne, de knobbelachtige vorm van melaatschheid; Al. sacré, vallende ziekte; Al. sainl. vallende ziekte; Al. de Sainte-Euphêmie, tertiaire syphilis; M. du Saint homme Job, syphilis; Al. Saint-Jean, vallende ziekte; Al. Saint-Lazare, olifantsziekte; Al. Saint-Main, naam, nu eens aan schurft, dan weer aan melaatschheid gegeven; M. de Siam, gele koorts; Al. del sol of Al. de la Teste, pellagra, enz.