Definities van Woordenboek van Eufemismen in de Ensie S
- solotoer, op de - gaan
- sorry
- sortie
- soundmixen
- souteneur
- Spaanse bok
- Spaanse Kraag
- spaarpot
- spaarpotje
- Spanje gezien hebben
- spat(je)
- speelhuis
- speelman; zonder speelman bruiloft houden
- spelen; met zichzelf -
- speling der natuur
- spijker, spijkertje
- spiritualiën
- spitstarief
- splinter; een splinter uit zijn lijf (rug) duwen
- sponsor
- spontane staking
- spoorlaan
- sportieve rijder
- sportvlekken
- spreken met twee tongen (met dubbele tong)
- springer
- sprookje
- spruitjes, de spruitjes afgieten
- spuitje, iemand een - geven
- spul
- spulletje
- staander
- stadsnomade
- staken van levensverlengende behandeling
- stamper
- standje negenenzestig
- stap, op stap zijn
- stap(je) opzij (terug): een - doen
- stappen, gaan -
- stemmingsstoornis
- sterk water; iets op - zetten
- stervensbeheersing
- stevig gesprek
- steward
- stilhuis
- stille knip
- stille reserve
- stilletje
- stimulerende middelen
- stoelgang
- stoffelijk overschot
- stomme zonde
- stonden
- stouterdje
- straatmadelief(je)
- strategisch roerend goed
- strategische wapens
- streep
- stressmassage
- strijd; de strijd verliezen, de - gestreden hebben
- strijdgas
- strobenen hebben
- structurele werkloosheid
- studiereis
- studio
- stuk; een stuk in de kraag hebben, - in zijn ribben, - in hebben
- stunten
- subversieven
- succumberen
- sueel
- suïcide
- suiker
- suikerpot(je)
- surveillance
- syndaelsnider
- syndicaat
- syndroom