Definities van Etymologicum 1573 in de Ensie R
- roode
- roode aerde
- roode roede
- roode zee
- rooden
- rooden buyck, rooden deur-ganck
- rooden haerinck, rood-haerinck
- roodheyd
- roodset. j. rooset
- roodte. j. mee
- roodtel-steen
- Roof
- roof gaerens
- roof schip
- roof van t’schaep. j. vlies
- roof voghel
- roof-achtigh
- roof-gheld
- roof-gierigh
- roof-goed
- roof-hoeck
- roof-kuyl
- roof-nest
- roof, roofken. j. rappe van de wonde
- rooffen. j. roouen
- Room
- Roomenije
- Roomer
- roomerken
- roomerken drancks
- Roomeyn
- Roop
- Roope, ruepe
- roopen, reupen
- roopen, ruepen, ruppen
- Roose
- roose vanden breydel
- roose, sint Antonis vier
- roose, solder van de luyte
- roose. j. bergh-rood
- roosel, roesel
- roosen krans
- roosen maend
- roosen verwigh
- roosen-botte, roosen-knoppe
- roosen-gaerd
- roosen-hoed
- roosen-honigh
- roosen-knoppe. j. roosen-botte
- roosen-nobel
- roosen-water
- roosen-wijn
- roosen-wortel
- Roosendael
- roosenier
- rooséren
- rooset, roosetsel
- roosetten, roosetselen
- roosier
- Roost
- roost-panne. j. braed-panne
- roosten
- rooster
- roosteye, roosteyken
- Roote, rooten. j. rotte, rotten
- Rootse, rotse, roots-steen
- rootsigh
- Rooue. j. roof
- roouen
- roouen den voghel
- roouer
- roouerije, roof
- Ros
- ros beyaerd
- ros-baer-draegher
- ros-baere
- ros-domp
- ros-henghst
- ros-kam
- ros-kammen
- ros-molen
- ros-not. j oker-not
- ros-pruyme
- ros-tuyscher
- Ros, rosch
- rosachtigh
- Rosch. j. rusch
- rosel-maend
- Rosel, reusel. j. russel, liese
- Rosemond, Rosmond
- Rosijn. j. rasin
- Rosmarijn
- rossaerd
- rosseel
- Rosselaer. j. Roesselaer
- Rosselle, Rocelle
- rossen. j. rijden
- rossijde, rossiede
- Roste
- Rostock