(Oostkapelle 1943)
Beeldend kunstenaar. Opleiding aan de Koninklijke Academie voor Beeldende Kunsten in ’s-Gravenhage en de Rijksacademie in Amsterdam. Sinds 1973 docent aan Academie Minerva. Röling behoort tot de groep van de Noordelijke Figuratieven. Buiten zijn schilderkunst om maakte hij zich sterk voor de figuratieve traditie, onder meer in de publicatie Over kunst - een preek en parabel (1979), een tirade tegen intellectuele mystificaties in kunst en maatschappij. Hij voelt zich geïnspireerd door de kunst van rond 1900 en is evenzeer geboeid door fantastisch realisme als door impressionisme.
Hij werkte aanvankelijk in een zeer verfijnde, later in een veel lossere en expressievere trant. Hij schildert stillevens, interieurs, portretten, landschappen en mythologische voorstellingen. Hij vervaardigde monumentale wand- en plafondschilderingen, meestal in samenwerking met Wout Muller; achtereenvolgens in de bibliotheek van Academie Minerva, het Nijsinghhuis in Eelde, het cultureel centrum Mamehoes in Wehe-Den Hoorn, de aula van de Rijksuniversiteit Groningen, café De Eenhoorn en restaurant Cahors in Assen, caférestaurant van Cultuurcentrum De Oosterpoort.
Lit: J. van Zon (red.). Matthijs Röling, schilderijen, (Amsterdam 1993).