Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Riepster licht

betekenis & definitie

Spooklicht ter grootte van een sloekschoof (een schoof van het langste stro) voor de kust bij Zeerijp, herinnert aan de middeleeuwse Friese sage van de dertien asegas (rechtszeggers). Karei de Grote had twaalf heidense asegas (de Wimoedes) die de wetten niet op schrift wilden stellen, in een stuurloos schip op zee gedreven.

Zij riepen Christus te hulp die (als dertiende) hun schip met een kromhout stuurde naar een haven waar nu ’t Zandt ligt. Hij leerde hun welke landrechten ze moesten kiezen. Keizer en paus keurden deze goed. Het kromhout werd een niet verterend vuur, een lichtbaken voor de waddenschippers, totdat de haven dichtslibde. Van toen af brandde de duivel aan de dijk een vuur, dat verdween als de schepen de kust naderden, zodat ze strandden. Johan Dijkstra heeft deze in Groningen bekend gebleven sage in een gebrandschilderd raam voor de aula van de universiteit vereeuwigd.Lit.: W. Krogmann, ‘Die friesische Sage von der Findung des Rechts’, Zeitschrift der Savigny-Stiftung für Rechtsgeschichte, Germanistische Abteilung 84 (1967) 72-127; De Haan, Smeulend vuur, 7-10,185-186.

< >