Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Niezijl

betekenis & definitie

Gron.: Nijziel.

Dijkdorp in de gemeente Zuidhorn ten O. van Grijpskerk en ten W. van Noordhorn aan het Hoerediep en het Niezijlsterdiep dat uitkomt in het Van Starkenborghkanaal.

In de 16de eeuw vond de afwatering op zee van West-Vredewold via de Bomsterzijl plaats (westelijke sluis). Door opslibbing van de Riet moest de afwatering van Oost-Vredewold en West-Langewold steeds verder westwaarts worden verlegd. In het midden van de 16de eeuw plaatste men een nieuwe zijl vlak ten O. van de Bomsterzijl: de Nije (Sloter) Zijl. Naar deze sluis zou de nederzetting die zich hier ontwikkelde, heten. Oude namen voor Niezijl zijn Oldekerk-beneden en Juursemakluft.

De Niezijlsterschans werd in 1581 bezet door Norrits en Wigbold van Ewsum, tevergeefs belegerd door Verdugo, de enige Staatse versterking in het Westerkwartier, tot grote ellende van de bevolking.

In 1656 werd Niezijl als afzonderlijk kerspel erkend. De hervormde kerk dateert van 1661, met dakruiter uit 1862. Gaaf interieur uit de bouwtijd; het orgel dateert deels van 1660, deels van 1870. Watermolen ‘Zwakkenburger’ is van 1865.

Schimpnamen voor de inwoners: Poepen en Katten.

Lit.: J. Dassen (red.), 50 Jaar bevrijding Niezijl (Niezijl 1995); W.J. Formsma, Grijpskerk. De geschiedenis van een Groninger gemeente (Groningen 1986); B. Helder, Grijpskerk in oude ansichten, waarin afbeeldingen van Gaarkeuken, Grijpskerk, Kommerzijl, Niezijl, Pieterzijl en Visvliet (2de druk; Zaltbommel 1976).

< >