Beheert de archieven van het gemeentebestuur, de gemeentelijke diensten en alle voorgangers hiervan, alsmede de archieven van persoonlijke of zakelijke aard die aan het archief geschonken of in bewaring gegeven zijn. De dienst maakt stukken toegankelijk voor het publiek en stelt deze ter raadpleging beschikbaar.
Het restauratieatelier herstelt beschadigde stukken en behoedt ze voor verder verval. Aanvankelijk werden de stadsarchivalia bewaard in de ‘stadskiste’ in het raadhuis, later samen met de archivalia van de Ommelanden in een aparte charterkamer als provinciaal archief, met vanaf 1824 een archivaris. Bij de reorganisatie van het archiefwezen in 1882 werd het belangrijkste deel van de stadsarchivalia in bruikleen gegeven aan het toen gevormde rijksarchief. Dit werd gevestigd in een nieuw gebouw achter het provinciehuis; de rest bleef op het stadhuis. Nadat de raad eerst een ambtenaar aanstelde voor het ordenen en beschrijven van het oude archief van de stad, benoemde hij in 1918 H.P. Coster als eerste gemeentearchivaris.
Het nu zelfstandige gemeentearchief betrok in 1921 enige werkkamers in de westelijke vleugel van het nieuwe archiefgebouw in de St.Jansstraat. In 1975 werd het gebouw aan de Viaductstraat in gebruik genomen. In 1997 werd het gemeentearchief samen met het rijksarchief onder de naam Groninger Archieven overgebracht naar een nieuw pand aan het Cascadeplein. Lit.: A.T. Schuitema Meijer, Historie van het archief der stad Groningen (Groningen 1968); Jet Spits, Het geheugen van de stad, Stad en Lande 2, afl. 3 (1993) 2-27.