Nieuwe Groninger Encyclopedie

P. Brood, A.H. Huussen en J. van der Kooi (1999)

Gepubliceerd op 20-09-2021

Garmerwolde

betekenis & definitie

Gron.: Gaarmwol.

Dorp in de gemeente Ten Boer tussen Ten Boer en de stad Groningen aan het Damsterdiep.

Kerk en vrijstaande toren zijn in het derde kwart van de 13de eeuw gebouwd. Het schip werd in 1859 afgebroken; dwarspand en koor bleven gespaard. Fraai voorbeeld van romanogotische kerkbouw met koepelgewelven en siermetselwerk. In de oostelijke gevel bevindt zich een uniek rondboogfries op zuiltjes van rode zandsteen. De kerk bezit verder omvangrijke gewelfschilderingen. De preekstoel is in 1740 gebouwd, de herenbank eind 17de eeuw, het orgel in 1849-1851 door P. van Oeckelen.

De kerk wordt omgeven door een kerkhof met veel bezienswaardige grafzerken. De watermolen (achtkante bovenkruier) dateert van 1829.

Bij Garmerwolde stonden de borgen Gelmersma en Tackenborg; de laatste werd in 1738 op afbraak verkocht en ook Gelmersma overleefde de 18de eeuw niet.

In de Middeleeuwen Gedmerawalda, Germerawalda, toe den Garmarwolde; nu ook wel Garmerswolde. Betekenis: woud bij de borg Gelmersma; afgeleid van de mansnaam Geldimar, Gelmer, Germer.

Schimpnaam voor de inwoners: Röskammers.

Lit.: J.A. Arkema-de Blécourt, Ten Boer in oude ansichten (Zaltbommel 1994); Formsma, Ommelander borgen en steenhuizen, 120-125.

< >