(Winschoten 1919)
Schrijver die zijn jeugd doorbracht in Groningen en daar in 1941 het onderwijzersdiploma behaalde. In 1945 werd Dendermonde aangesteld als hoofd van de afdeling Letteren van Radio Herrijzend Nederland, waarna hij korte tijd in vaste dienst was bij de VARA. Als romanschrijver werd hij vooral bekend met De wereld gaat aan vlijt ten onder (1954), De dagen zijn geteld (1956) en De deur op een kier (1958). Zijn verhalen verschenen in onder meer de bundels Snipperdagen (1966) en Inzake de liefde (1967). Daarnaast publiceerde hij ander werk; hij heeft meer dan honderd titels op zijn naam staan.
In 1967 vestigde Dendermonde zich samen met zijn gezin in de Verenigde Staten. Een jaar daarna verscheen zijn boekenweekgeschenk Kom eens om een keizer. In 1979 verscheen het samen met H.N. Sierman geschreven boek Hoe wij het rooiden: de veenkoloniale aardappelboer en zijn industrie. Opvallend is dat Dendermonde in de jaren ‘90 nog zeer productief was. Hij schreef in die periode vijf romans (waaronder Vrouw aan de rivier uit 1991 en Een roerige bruiloft op Adrillen uit 1992), twee novellen, een poëziebundel en een kinderboek.