was een stad of land op verren afstand van Kanaan gelegen over de Middellandsche Zee (Jona 1 : 3; 4 : 2; Jes. 23:6; 66:19; Ps. 72:10). Van daar haalde men zilver (Jerem. 10 : 9), en ijzer, tin en lood (Ezech. 27 : 12; vgl. ook 38 : 13; 1 Kon. 10:22; 2 Kron.9:21).
Over de ligging is men het nog niet eens. Meestal neemt men aan, dat Tartessus in Spanje bedoeld wordt.
Doch ook zijn wel genoemd Carthago, Tarsus, Phoenicië, Etrurië, hoewel met mindere waarschijnlijkheid van juistheid.De schepen, die daarheen voeren, heetten Tharsis-schepen; maar deze naam werd verder evenzeer gegeven aan groote, de zee bevarende schepen, ook al zeilden ze niet bepaald naar Tharsis (1 Kon. 10 : 22; 22 : 49; 2Kron.9:21; 20 : 36, 37 ; Ps. 48:8; Jes. 60 : 9; Ezech. 27 : 25).
Deze naam Tharsis werd ook gedragen door een zoon van Javan (Qen. 10 : 4); en door een Benjaminiet (1 Kron. 10 : 7); en door één der grooten aan het hof van Ahasveros (Esth. 1: 14).
In Ezech. 10 : 9 is sprake van een steen van Tharsis, wat door de Statenvertaling is weergegeven met turkooissteen.