Bijbelse encyclopedie

Prof. dr. F.W. Grosheide (1950)

Gepubliceerd op 17-04-2025

KUSCH

betekenis & definitie

Als persoon komt K. voor Gen. 10 : 6—8, 1 Kron. 1 : 8—10, en wel als de oudste zoon van Cham. Gewoonlijk duidt de naam K. (Koesj) in het O.T.

Ethiopië aan, zie 2 Kon. 19 : 9; Est. 1 : 1; 8 : 9; Ps. 68 : 32; Jes. 11 : 11; 18 : 1; 20 : 3—5; 37 : 9; Jer. 46 : 9; Ez. 29 : 10; 30 : 4 v.; 38 : 5; Nah. 3 : 9. 2 Kron. 14 : 9 zullen wij misschien te denken hebben aan een Koesj, dat in Arabië ligt, terwijl uit de Gen. 10 : 6—8 en 1 Kron. 1 : 8—10 gebruikte namen van de zonen van Koesj er zijn, die naar Arabië en zelfs naar Mesopotamië wijzen. Het is de vraag, of K. Gen. 2 : 13 Ethiopië aanduidt. Zie voorts iets over de geschiedenis van Ethiopië, bij Egypte. St.Vert. spreekt ook van: Morenland (zie aldaar). Ps. 7 heet een Benjaminiet ook K. of Cusch. Zie Satan.

< >