de dochter van Eliam, de vrouw van de Hethiet Uria. David bedreef overspel met haar en trouwde met haar, nadat hij haar man Uria listig uit de weg had laten ruimen.
Zij werd bij David de moeder van Salomo. Op Nathans raad wist zij David te bewegen, om zijn eed aan haar gestand te doen, dat Salomo hem als koning zou opvolgen, en zij wist met behulp van Nathan de troonsbestijging van Adonia te verhinderen. Haar poging, om op Adonia’s verzoek haar zoon Salomo over te halen Abisag aan Adonia tot vrouw te geven, mislukte volkomen en liep op terechtstelling van Adonia uit. 2 Sam. 11, 12; 1 Kon. 1, 2 : 13—25, 1 Kron. 3 : 5, Ps. 51 : 2, Matt. 1 : 6.