Passiflora
Passiflóra L. [C. Linnaeus], - van Lat. passĭo, lijden (znw.); flos (flōris), bloem: lijdensbloem. De naam zinspeelt op het lijden des Heeren (Jezus), zooals dat beschreven is in de vier evangeliën. De 3 stijlen met dikke stempels stellen de nagels voor, waarmede Hij aan het kruis gehecht werd [één door elk der handen, é...