Wat is de betekenis van Cis?

2025-07-19
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Cis

I. v., (muz.) C-kruis, de een halve toon verhoogde c of ut. II. (Lat.), in samenst.: aan deze zijde: cisalpijns, aan deze zijde der Alpen gelegen.

2025-07-19
WhatsApp woordenboek

redactie Ensie (2023)

CIS

Customer Information System

2025-07-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2025)

cis

(2013) (< Lat.) (ook: cisgender) man (vrouw) die geboren is met de geslachtskenmerken van een man (vrouw) en zich ook mannelijk (vrouwelijk) voelt; iemand die tevreden is met het geslacht waarmee hij (zij) geboren is. Cis of cisgender is het tegenovergestelde van een transgender. In 2014 kregen Facebook-gebruikers de mogelijkheid om te kiezen...

2025-07-19
Afkortingenlijst Vlaanderen

Team taaladvies (2020)

CIS

Commissie Internationale Samenwerking (commissie van de IMCWB)

2025-07-19
Nederlandse Voornamenbank

Meertens Instituut (2020)

Cis

Zie Franciscus

2025-07-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

Cis

Cis - Zelfstandignaamwoord 1. (muziek), (afkorting) afkorting van “Cis-majeur” Cis - Symbool 1. (muziek) symbool van het “Cis-majeurakkoord” Verwante begrippen Cism, Cis7

2025-07-19
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Cis

(muz.) door kruis met halve toontrap verhoogde c (do of ut), c-kruis.

2025-07-19
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Cis

verhoogde toon; C-kruis

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-19
NIMA marketing lexicon

NIMA (1993)

CIS

Commercieel informatiesysteem. Geïntegreerd systeem waarin alle commerciële informatie elektronisch wordt opgeslagen. Wordt gebruikt in plaats van een afzonderlijk marketing informatie systeem (MIS) en verkoopinformatie systeem (VIS).