Wat is de betekenis van Afsluitdijk?

m. (-en), dam of dijk tot het afsluiten van een stromend water of van een in te polderen watervlak : de Amelander afsluitdam ivas door de storm stuk geslagen ; de afsluitdijk van de Zuiderzee werd in 1932 voltooid.

afsluitdijk - Zelfstandignaamwoord 1. (waterstaat) dijk tot het afsluiten van een stromend water of een binnenzee Woordherkomst samenstelling van afsluit(werkwoord) en dijk

Dijk ter kustverdediging tussen Noord-Holland en Fryslân. De bouw begon in 1927. Op 28.5.1932 werd het laatste gat gedicht, waarbij de toenmalige Zuiderzee werd afgesloten van de Waddenzee. De kustlijn werd hiermee met zo'n 250 km. verkort, hetgeen een grotere veiligheid opleverde. Het ontstaan van een groot zoetwaterbekken en de potentie voor grot...

Afsluitdijk, officiële naam van de zware zeedijk die de voormalige Zuiderzee (nu IJsselmeer) afsluit, gelegen tussen Den Oever (Wieringen) en Kornwerd (Friesland). De Afsluitdijk is dertig kilometer lang. In 1928 werd met de bouw van de Afsluitdijk begonnen en op 28.5.1932 werd de laatste opening gedicht aan de Vlieter (zes kilometer ten oosten van...

30 km lang en 90 m breed, tussen de Friese kust en Den Oever op Wieringen. Gelegd als onderdeel van de plannen van ir. C. Lely tot droogmaking van de Zuiderzee.Het laatste gat werd gedicht op 28 mei 1932. De dijk scheidde de voormalige Zuiderzee van de Waddenzee, waardoor de afgesloten Zuiderzee tot een zoetwaterbekken werd: het IJsse...

officiële naam van de zware zeedijk die de vm. → Zuiderzee, thans IJsselmeer afsluit, gelegen tussen Den Oever (Wieringen) en Kornwerd (Friesland). Lengte 30 km. In 1928 werd begonnen met de bouw van de Afsluitdijk en op 28.5.1932 werd hij gedicht aan de Vlieter (6 km ten oosten van Den Oever). In mei 1940 trachtten de Duitsers vergeefs d...

(Fr.: barrage, digue de clôture; Du.: Abschluszdamm, Sperrdeich; Eng.: blocking dam, barrage), waterbouwkundig werk dat gewoonlijk dijk wordt genoemd, maar, liggend tussen twee wateren, in feite een dam is. Een afsluitdijk dient om een deel van een open water af te sluiten, meestal om dit aan de werking van getijd...

Op 28 mei 1932 werd de vredige stilte boven de Zuiderzee plotseling wreed verstoord door het woeste gekrijs van stoomfluiten en het klagende loeien van sirenes. De wind rukte verbaasd aan rood-wit-blauwe vlaggen, die langs scheepsmasten trots de hoogte inklommen en aan de voet van die masten wierpen volwassen mannen hun petten in de lucht als klein...

a. In het algemeen een afsluiting aan de uitmonding van een zeeboezem (bijv. Dokkumerdiep, 1729); b. Eigennaam voor de 32 km lange dijk tussen IJselmeer en Waddenzee. Deze kwam in 1932 gereed als een van de Zuiderzeewerken. A. verbindt Wieringen met de Fr. kust, 2 km ten Z. van Surich. In het oorspr. ontwerp van ir. Lely liep de A. van Wieringen na...