Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

stiefmoeder

betekenis & definitie

vrouw met stiefkinderen.

vrouw die - vaak samen met een partner - de zorg voor een of meer niet biologisch verwante kinderen op zich neemt; vrouw die binnen een relatie de zorg voor een of meer kinderen van haar partner mede op zich neemt; vrouw die voor een of meer stiefkinderen zorgt.

Voorbeelden:
Ze ligt stil en bleek als Sneeuwwitje in haar glazen kist. Misschien gaat mama dood net zoals haar vriendin. Blijft papa achter met drie kleine kinderen, die onvermijdelijk een stiefmoeder zullen krijgen. Ga niet dood, mama! Blijf bij ons!
Kristien Hemmerechts, Alle verhalen, 2001

Nadat mijn ouders gescheiden waren, trouwde mijn vader opnieuw en kreeg ik dus een stiefmoeder.
http://www.passie.nl/

Ik vrees dat mijn kijk op de wereld er lang door werd bepaald: vrouwen waren prinsessen, al dan niet opgesloten in torenkamers, mannen ridders die hen bevrijdden, of berijders van sportwagens die hen verleidden, maar de meesten waren gemeen of een kei in sport - wat voor mij hetzelfde was -, stiefmoeders deugden niet en arme mensen stierven met een glimlach op de lippen.
De Standaard, 1996

< >