Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

sleutelkoord

betekenis & definitie

keycord.

koord waaraan een sleutel of een sleutelbos gedragen wordt en dat meestal om de nek hangt; nekkoord voor sleutels; keycord.

Voorbeelden:
Een handige en veelvoorkomende manier om ID-cards, naambadges, toegangspassen etc. bij u te dragen is door middel van een keycord (ook wel lanyard of sleutelkoord genoemd).
http://www.bestcards.nl/accessoires/sleutelkoorden, 6 mei 2012

Met dit handige sleutelkoord raak je je sleutels nooit meer kwijt. Het sleutelkoord is roze en heeft vrolijke bloemen.
http://www.despeelgoedplank.nl/prinses-lillifee-sleutelkoord.html, 13 december 2011

Ik vrees dat je kunt wachten op de eerste keycorddode, iemand die zich per ongeluk aan z'n sleutelkoord heeft opgehangen.
NRC, 2002

< >