Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

morgenvroeg

betekenis & definitie

morgenochtend.

bij het begin van de volgende dag; morgenochtend.
Veelal met de bijgedachte van vroeg of vrij vroeg in de ochtend.

Voorbeelden:
Een Franse blauwhelm inspecteert met een zaklamp de auto en verdwijnt met onze papieren in de controlepost, die tot het dak met zandzakken is omgeven. Even later blijkt de blauwhelm onverbiddelijk: niemand mag na tien uur het vliegveld passeren, morgenvroeg zijn we de eersten.
http://www.groene.nl/1995/10_111825/saraje.html, 1995

De gerechtsdokter van de marine had in Palma de boot gemist, was dus niet gekomen, er was dus geen lijkschouwing gebeurd, de begrafenis moest dus uitgesteld worden. De dokter kwam morgenvroeg, en de begrafenis kon om tien uur plaats hebben. De rechter verontschuldigde zich tegenover iedereen, maar hij kon er ook niets aan doen.
Piet Sterckx, Een burgerlijke vakantie in het zuiden, 1979

< >