Het begrip monogaam heeft 3 verschillende betekenissen:
1) slechts één man of vrouw hebbend.
slechts één man of vrouw hebbend; die tegelijkertijd slechts één levenspartner heeft; in monogamie levend; in bijwoordelijk gebruik: op monogame wijze.
2) waarbij men tegelijkertijd slechts één levenspartner heeft.
gekenmerkt door een samenlevingsverband met slechts één levenspartner; waarbij men tegelijkertijd slechts één man of vrouw heeft; gekenmerkt door monogamie.
3) slechts één paringspartner opzoekend.
parend met slechts één exemplaar van het andere geslacht; slechts één paringspartner opzoekend; in bijwoordelijk gebruik: op monogame wijze.