Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

Boskoopse

betekenis & definitie

vrouw uit Boskoop.

vrouw die afkomstig is uit Boskoop; inwoonster van Boskoop.

Voorbeelden:
De Boskoopse Maureen Koster heeft zondag bij het WK atletiek in Moskou de halve finales bereikt op de 1500 meter. Koster klokte in de series 4.08,99.
http://www.omroepwest.nl/sport/11-08-2013/maureen-koster-naar-halve-finale-wk-atletiek, 11 augustus 2013

Bij de afstand van 5 kilometer die door en rond de Leidse Hout liep, wonnen Menno Beck van Avantri en de Boskoopse Maureen Koster.
http://www.sleutelstad.nl/nieuws/archief/2008/01/weinig-leidse-winnaars-bij-bosloop, 8 januari 2008

Een Boskoopse die boven het koffiehuis woont, hoorde glasgerinkel en stemmen en belde meteen de politie. Toen de inbrekers de politie zagen komen, vluchtten ze de tuin in.
http://guidomos.files.wordpress.com/2014/03/sinterklaasmuseum-politieladder.pdf, 16 maart 2012

< >