Houtsoorten, waarbij vetvorming in sterke mate plaats vindt, zoals linde, berk, groveden c.a., worden vetbomen genoemd. Het vetgehalte van deze soorten kan 6 à 7 % en meer bedragen.
De v. schijnen voorn. te bestaan uit oleïne, stearine en palmitine. Technisch kan het houtv. gebruikt worden voor de fabricage van zeep.