is geld, dat tegen een vooraf bepaalde rente aan c en bank wordt verstrekt (a deposito geplaatst). De rente is in de regel hoger naarmate de tijd, gedurende welke men aan de bank de beschikking over het geld geeft, langer is.
Indien c en bank grote bedragen voor langere tijd (b.v. 10 jaar) tegen een vaste rente opnoemt, kan zij aan de geldgevers deposito-obligaties afgeven, waaronder men verslaat genummerde schuldbewijzen. Deze obligaties vertegenwoordigen c en bepaald bedrag,b.v. f 100.— of f 1000.- , en doen een vaste, op de obligatie aangegeven, rente. In de regel wordt jaarlijks een gedeelte van de schuldbewijzen afgelost. De daarvoor in aanmerking komende nummers worden door loting bepaald.