Woordenboek der Grieksche en Romeinsche Oudheid

Z.C. de Boer, J.G. Schlimmer (1910)

Gepubliceerd op 09-06-2019

Polycrates

betekenis & definitie

Polycrates - Πολυκράτης, 1) van Samus, wierp zich, na omverwerping van de bestaande aristocratie, tot alleenheerscher op, waarbij hij eerst door zijne broeders Syloson en Pantagnōtus geholpen werd, die hij echter spoedig op den achtergrond drong. Hij was bekend door zijn rijkdom, macht en voortdurend geluk, hij omgaf zich met aziatische weelde, dichters, o. a. Anacreon, werden gastvrij door hem ontvangen, verder verschafte hij zich een groote vloot en maakte hij Samus tot de aanzienlijkste zeemogendheid in de Aegaeïsche zee.

Doch toen zijne vloot, aan Cambyses te hulp gezonden, van hem afviel, was het met de heerschappij ter zee gedaan, hoewel hij de opstandelingen onderwierp. In 522 werd hij door den satraap Oroetes, wien hij bij zijne eerzuchtige plannen in den weg stond, verraderlijk naar Magnesia gelokt en daar gekruisigd.—2) atheensch sophist, die eenige jaren na den dood van Socrates diens veroordeeling in een geschrift trachtte te rechtvaardigen.

< >