Gepubliceerd op 18-09-2017

Giganten

betekenis & definitie

Giganten - In de Griekse mythologie de afstammelingen van de aardgodin Gè of Gaia, verwekt door het bloed dat op haar neerviel na de verminking van Ouranos. De Giganten waren reusachtige wezens, monsters met menselijke gedaanten, met voeten als serpenten, gelokaliseerd in de vulkanische streek bij Cumae (Vesuvius). In de Phlegreïsche velden aldaar vochten zij met de goden (Gigantomachia), die de Giganten versloegen en ze in de aarde opsloten.

De Gigantomachia is evenals de Titanomachia (.zie Lapithen) in literatuur en beeldende kunsten herhaaldelijk als motief toegepast, b.v. op het altaar van Pergamon (zie Pergamon, Eumenes II) en op het noordelijk fries van het schathuis van Siphnos in Delphi.