(EVC), in 1945 opgerichte Ned. centrale van vakbonden onder communistische signatuur; begon met grote aanhang onder de radicale arbeiders (ca. 180000 leden). Door haar afwijzende houding jegens de Stichting van de Arbeid en het College van Rijksbemiddelaars en haar vasthouden aan het principe van de klassenstrijd, slaagde de EVC er niet in een erkende vakcentrale te worden.
Fusiebesprekingen, gevoerd in 1946 met het → Nederlands Verbond van Vakverenigingen (NVV) werden afgebroken. De meeste Evc-bestuurders steunden in 1958 de Brug-groep (De → Brug). De door de CPN gesteunde rest nam de naam EVC -1958 aan. De gescheiden delen hielden resp. 1960 en 1964 op te bestaan.Litt. G.Harmsen en B.Reinalda, Voor de bevrijding van de arbeid (1975); P.Coomans. T.de Jonge en E.Nijhof, De Eenheidsvakccntrale, 1943-48 (1976).