(1865 graaf Langrand-Dumonceau). Belg. financier, *5.12.1826 Vossem. ✝ 25.4.1900 Rome.
Stichter van verschillende bloeiende vennootschappen, meestal hypotheekbanken, die 1870 op een faillissement uitliepen. Verschillende r.k. politici, die een beheerdersmandaat bekleedden, werden in opspraak gebracht; het kabinet-d’Anethan moest aftreden. Langrand voorkwam zijn veroordeling tot bedrieglijk bankroet door uit te wijken naar Brazilië; woonde na 1893 in Frankrijk en Italië.Litt. G.Jacquemeyns, Langrand-Dumonceau (5 dln. 1960-65).