Germanismen in het Nederlands

Dr. S. Theissen (1978)

Gepubliceerd op 11-06-2020

Toonaangevend

betekenis & definitie

‘...het toonaangevende Engelse muziekblad...’ (Het Parool, 9.10.72, p. 7)
‘...het toonaangevende gezelschap inzake Shakespeare-produkties.’ (De Nieuwe, 1.12.72, p. 27)
‘...na een uur toonaangevend te hebben gevoetbald.’ (Het Laatste Nieuws, 14.10.72, p. 19).

Sommigen beschouwen toonaangevend als een germanisme (D. ‘tonangebend’) voor ‘toongevend'. Van Dale is het met deze zienswijze uitdrukkelijk eens. Koenen en Kramers noemen toonaangevend geen germanisme maar verwijzen toch naar ‘toongevend'. De andere woordenboeken (Verschueren, Weijnen, Van Gelderen en Jansonius) aanvaarden het echter als correct Nederlands.
In de geschreven pers is toonaangevend zeer gebruikelijk, vooral in de sporttaal. Maar ook in de algemene taal wordt het veel vaker gebruikt dan ‘toongevend’. Men kan het dus, ondanks de afkeuring van Van Dale, Koenen en Kramers, als ingeburgerd beschouwen. Het is trouwens vreemd dat Van Dale, die toonaangevend niet aanvaardt, geen bezwaar maakt tegen toonaangever: ‘hij die de toon aangeeft, leidende figuur’.