lat. Vorcumum, stadje in Friesland, 4 uren g. bezuidw.
Sneek, en 5 kwartier g. benoordoosten Hindeloopen; 3300 inw.; 1498 veroverd door de Schieringers; Mei 1515 overvallenen verwoest door den Zwarten Hoop; 1516 verrast door de Burgundisch-gezinden, d ie echter reeds spoedig de vlucht namen voor den in aantocht zijnden Grooten Pier; maar in 16'23 werd W. door de Burgundisch-gezinden verwoest; in 1787 werd W. geplunderd.