Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Slooten

betekenis & definitie

1) lat. Slola, stadje in Friesland, vierdhalf uur gaans bezuidw.

Sneek; 1000 inw.; werd 1420 door de Vetkoopers belegerd, doch door hertog Jan van Beieren ontzet; in 1486 werden de Vetkoopers hier met veel verlies afgeslagen door de Schieringers. In 1522 aan de Gelderschen ontweldigd door de Burgundiërs, kwam S. in 1582 aan de Staten, die het goed versterkten; een aanslag der Spanjaarden om S. door verraad machtig te worden 13 Mei 1588 mislukte.2) dorp in Noord-Holland. Zie SLOTEN.

< >