een schiereiland van omstr. 2800 vierk. mijlen met 500,000 bewoners, tusschen de Bengaalsche Zee en de Chineesche Zee, is door de landengte Tenasserim met het vasteland verbonden. Het geheele schiereiland maakte eertijds deel uit van het koninkrijk Siarn; doch in het laatst der 18e eeuw heeft het zuidelijk gedeelte van M. zich onafhankelijk gemaakt, en hebben zich daar de koninkrijken Perak, Salengore, Djohore, Pahang en Koembo gevormd.
Het gedeelte van M., dat nog onderhoorig of schatplichtig is aan Siarn, bevat de koninkrijken Ligor, Bondelon, Patani,Kalantan,Tringanoe,Kedah. Het engelsche gedeelte (Engelsch M.) bevat eene grondsoppervlakte van 46 vierk. mijlen, bevolkt met55.000 zielen, benevens de stad M. (zie hieronder) en de eilanden Singapore en Poelo-Pinang. De kustbewoners van M. zijn Maleiers; het binnenland van M. is bevolkt met wilde stammen, waaronder er die nog geheel en al onbekend zijn.
De stad M. op de zuidwestkust van het schiereiland, is goed versterkt, heeft eene goede haven, veel handelsvertier, en 20,000 inw. Gesticht omstr. 1252 door de Maleiers, kwam M. omstr. 1514 in handen der Portugeezen, die zich gewelddadig meester er van maakten, en er meester van bleven tot 1641, toen M. hun ontweldigd werd door de Nederlanders. In 1795 en 1818 hebben de Engelschen M. bemachtigd ; en na vervolgens weder eenen korten tijd aan de Nederlanders toebehoord te hebben, werd M. in 1825 voor goed aan Engeland afgestaan.
De straat van M. is de zeeêngte, die het schiereiland M. van het eiland Sumatra scheidt, en de golf van Bengalen in gemeenschap stelt met de Chineesche Zee.