1) zoon van Pelasgus, was koning van Arcadië, en stichtte Lycosura, de oudste stad van Griekenland; hij vereenigde de toen nog in staat van wildheid verkeerende bewoners, en gaf hun wetten. Hij leefde ten tijde van Cecrops, en verwekte (bij verscheidene vrouwen) 50 zonen (de personificatie der steden van Arcadië), die alle menschen overtroffen in baldadigheid en roekeloosheid.
Volgens de fabelleer werd L. in een wolf veranderd, omdat hij Jupiter, die in de gedaante van een eenvoudig sterveling gastvrijheid bij hem was komen vragen, had willen vermoorden in diens slaap. Volgens eene andere lezing had L. den god vertoornd door hem het vleesch van een jong kind op te disschen, dat hij geslacht had hetgeen wel zinnebeeldig te verstaan zal zijn, dat L. aan Jupiter menschen offerde. Deswege werd L., met al zijne zonen op één na, door den bliksem van Jupiter doodgeslagen ; alleen Nyctimus bleef gespaard, onder wiens regeering de Deucalische vloed plaats greep.2) zoon van Priamus en Laothoè, broeder van Polydorus, werd door Achilles gedood.
3) vader van Pandarns, uit Lycië.
