geb. 1792 te Presburg, trad in oostenrijksche krijgsdienst, en was in Maart 1848 luitenant-kolonel bij het infanterie-regement KeizerAlexander, dat in Hongarije lag. De Hongaren lieten dit meerendeels uit Slavoniérs bestaande regement den eed doen op hunne nieuwe staatsregeling, en zonden het tegen de Serviërs, waarbij A. zich als kolonel en kommandant van het regement opwierp.
In 1849 werd hij generaal, en chef van het 2e legerkorps, rukte 29 April Pesth binnen, nam deel aan de belegering van Ofen, volgde Gorgei als minister van oorlog op, en stemde te Arad voor de onderhandelingen met de Russen; werd door Ilaynau voor eenen krijgsraad gesteld, en 6 Oct. 1849 te Arad opgehangen.
