Koom, Kam, Koum, liet Choama der ouden, stad in dc perzischc prov. Irak-Adzjemi, aan den Badian, 25 (mijlen benoorden Ispahan; 20,000 inw.; eene heilige, en vóór de verwoesting door de Afghancn (in het begin der 18e eeuw) eene prachtige en sterk bevolkte (destijds over de 100,000 inw. tellende) stad.
Beroemde moskee met de praalgraven van Soplii, Schach-Abbas II (zoon van Sophi) en Fatime (kleindochter van Mahomed).