of Kedrmi, eene beek of rivier in Judea, beoosten Jeruzalem, liep door een jUgp dal, en ontlastte zich in de Doode Zee (Asphqllites lacus). In het N.
T. wordt deze beek slecHts ééns vermeld, nl.: Joh. 18:1; doch in het O. T. menigvuldig, nl.: 11 Sa in. 15: 23; I Kon. 2: 37; 15: 13; 11 Kon. 23; 4, 6, 12; II Chron. 15; 16; 29: 16; 30: 14; Jerem. 31: 40. Het naar deze beek genoemde dal, het dal van K., aanvangende benoorden Jeruzalem (aan de waterscheiding tusschen de Middellandsche Zee en de Doode Zee), nam eerst het dal Hinnom op, en liep vervolgens als eene barre, niet zelden 2000 vt. diepe dalstreek naar de Doode Zee af. Het gedeelte, dat oudtijds eigenlijk de velden van K. heette, draagt thans den naam van Vuurdal (Wadien-Nar); het middelste gedeelte, waar het klooster Mar-Saba ligt, heet thans het Monniksdal (Wadien-Rahib); in de, nabijheid van Jeruzalem heet het Dal van Josaphat (zie JOSAPHAT).
