Geographisch- historisch woordenboek

Servaas de Bruin, D. Noothoven van Goor (1869)

Gepubliceerd op 29-11-2021

Heusden

betekenis & definitie

lat. Heusda, vestingstad met 2100 inw. in de nederl. prov. iNoord-Braband, aan eenen arm van de Maas, 3 uren gaans bewesten 's-Hertogenbosch, 3 uren beznidw.

Bommel, 4 uren bezuidoosten Gorinchem. Wanneer H. eene stad geworden is, weet men niet met zekerheid; doch het was dal reeds vóór 1231 ; het ontstaan van H. dagteekent echter van veel vroeger, want reeds in 839 werd H. verwoest door de Denen en Moormannen, in 1184 trok het weerbare gedeelte der bevolking van H. op de beginselen van 's-Hertogenhoscli aati, en verwoestte beide de keeren de reeds aldaar gebouwd zijnde huizen; niettemin ontwikkelde 's-Hertogenbosch zich snel, doch de vijandschap van het daardoor in zijnen bloei geknakte H. werd hoe langer hoe grooter, zoodat hertog Jan I van Brabaml eindelijk (1276; mei een toereikend leger op H. kwam aanrukken, om die stad en haren heer eens voor ai tot rede en plicht te brengen ; de heer van H. legde toen bet hoofd in den schoot, en onderwierp zich aan den hertog van Braband, zonder dat er bloed vergoten had behoeven te worden, in 1420 werd H. bemachtigd door Jacoba van Beieren. In den Geiderschen oorlog, die 1497 begon, had H. veel te lijden; doch die van H. bevochten eene schitterende overwinning op de Gelderschen bij Hedikhuizen; 1524 werd een wapenstilstand gesloten. Maarten van Rossen) dreigde 1542 H. in brand te steken, doch dit werd door de betaling van eene brandschatting verhoed. In 1569 werd H. bij verrassing aan de Spanjaarden ontweldigd, doch reeds kort daarna hernomen door de Spanjaarden, die toen de burgerij uitplunderden. in 1577, bij de Pacificatie van Gent. kwam H. onder het gezag der Staten, en bleef dat sedert, in weerwil van verscheidene pogingen der Spanjaarden om H. te herwinnen,nl.: 1579 misinkte het beleg, door den herlog van Parma ondernomen; 1589 zond hij graaf Mansveld, die de stad 5 maanden en 2 dagen belegerd hield, totdat (even als in 1579) het wassende water den vijand noodzaakte het beleg op te breken: gedurende dit tweede beleg zond prins Maurits aan de bezetting eenige versterking, die door de spaansche Iroepen moest heeubreken, hetgeen niet geschiedde, dan met een hevig gevecht ter plaatse, die thans nog de Spanjaardsbrug heet. In 1623 beproefde de landvoogdes het middel van omkooping, doch de edele gouverneur van H. (Willem Adriaan van Hoorne, heer van Kessel) sloeg de hem aangebodene tonne gonds, benevens hel ridderteeken van het Gulden Vlies, met verontwaardiging van de hand. In 1672 opgeeischt door de Franschen; 1793 andermaal : 1794 van Oct. af omsingeld door de Franschen, werd H. 5 Jan. 1795 door den franschen generaal Daendels opgeeischt, van 9 tot 12 Jan. door hem beschoten, en gaf zich toen aan hem over; 1813 was H. geruimen tijd het hoofdkwart.ier van den pruisischen generaal Bulow. Van andere (dan oorlogs-) rampen leed H. het zijne: 6 Dec. 1614; 1676, 25 Dec. 1740, 1795,1799. 1809 watersnood; 1624 en 1625 vreeselijke sterfte, 1664 dito door pestkoortsen; verwoestingen door stormwind 14 iNov. 1775. In den toren van het Kasteel van H. was reeds 1666 de bliksem geslagen, doch toen werd de brand gelukkig gebluscht; bij een onweder in Juli 1680 had hetzelfde plaats, doch ditmaal bereikte liet weerlicht het onder den toren geborgen buskruit, zoodat het gansche kasteel in de lucht vloog, en eenige nabij gelegene straten der stad daardoor geheel vernield werden. Die toren was gebouwd 1340. Het kasteel zelf was een trotsch gebouw, in 1314 te vergeefs belegerd door Willem Hl, graaf van Holland; 1559 ingenomen door de Rabeljauwschen, die er vervolgens door Albrecht v. Beieren, graaf van Holland, belegerd en 1360 tot de overgaaf genoodzaakt werden. Op dit kasteel zat de ongelukkige Jacoha v. Beieren eemgen tijd gevangen.

< >